Vrijdag 28 februari
Vandaag gaan we naar Akagera!!! Maar eerst moeten we aan geld komen om de tour te betalen. We gaan naar het ziekenhuis om mijn wonde te verzorgen. De vaseline tulle die ze er gisteren op hebben gedaan plakt vast aan de wonde. Siska doet de wondverzorging en het helpt niet om het eraf te weken. Dus trekt ze de tulle eraf. Aaaaai!!! Ik denk dat de vrouw die erbij stond gezien had dat ik tranen in men ogen had, want ze zei dat Rwandezen niet huilen. Mmm…dan maar op men tanden bijten. Verschrikkelijk is een brandwonde!!
We kunnen gelukkig genoeg geld afhalen en gaan wachten in Centre Saint-Joseph op de gids Felix. Hij belt om 13u dat hij er staat. We zien een grote, groene jeep en hebben veel plaats in de auto voor 2.
We zorgen eerst dat we eten hebben voor als we daar zijn. We kopen ontbijt en dan dingen voor het avondmaal. We gaan voor het eerst iets koken, sinds we in Rwanda zijn. We vinden ook vlees. Maar de winkel ziet er wel niet zo goed uit. Het is heel warm, ligt buiten en vol met vliegen. En er ligt niet alleen vlees, maar ook een poot, een luchtpijp en de rest van de koe. Maar de gids koopt toch een stukje. Bwa, ik ga mij erover zetten, zolang dat stuk vlees maar lang genoeg bakt.
We komen aan in Akagera National Park en zien direct al een 1m50 lange slang weg van de baan kruipen. En ik was natuurlijk weer te laat voor een foto. We rijden verder en zien direct al een hele groep waterbuffelsstaan en daarnaast een grote groep Impala’s. We rijden nog heel de namiddag rond en zien bavianen en velvetaapjes. We zien ook overal grote termietenheuvels. Maar het is beu dat het dak dat openstaan, steeds weer dichtvalt. Ik en Siska moeten veel kracht gebruiken om het weer open te zetten. Maar met de slechte kwaliteit van de baan, met al die putten, valt het al snel weer naar beneden.
We zagen ook nog een kleine groep waterbokken. Verder zagen we enkele kapotte bomen. De gids zei dat het van olifanten waren die hier vandaag rondliepen in dit gebied. Maar we hebben er geen gezien.
Rond 19u kwamen we op de kampeerplaats. Er stond al een tent van 3 mensen van de USA (waarvan 2 vpk). We zetten onze tent op en maken eten. Het heeft tot 21u geduurd eer we konden eten. We hadden tegen dan een prachtig kampvuur en verschrikkelijke honger. Het was heel lekker, Felix had dat goed gedaan (natuurlijk hebben we wel meegeholpen).
We hebben dan allemaal nog aan het kampvuur gezeten en gepraat. Het was gezellig. En zeker met die prachtige sterrenhemel daar.. Helaas kan je deze niet op foto zetten, ik heb het toch geprobeerd maar het werkt toch niet. We hadden geluk want er was een klein gebouwtje met een wc en een klein overdekt gebouwtje om te eten. Het was echt heel tof om zo de avond door te brengen.
Zaterdag 1 maart
Ieuw, wat een nacht! Ik had het ijskoud. Ik had al mijn reservekleren boven elkaar aan en bibberde dan nog steeds. Wat we minder stoorde was dat ik puur op de grond lag, aangezien we alleen onze slaapzakken meehadden, beetje hard. Allesinds ik werd wakker rond 5u45 en hoorde de mensen van USA al praatten. Ik was toch al meermaals wakker geworden en gaf het toen maar op. Ik hoorde later dat er vannacht een hyena langs gekomen was en dan de gids Felix (die in de auto sliep) met zijn lichten heeft geknipperd om die weg te jagen.
We eten een lekker ontbijt met beter brood dan we in Kibungo kunnen vinden. En dan gaan we op olifanten jacht. We vinden verse uitwerpselen en proberen ze te zoeken. We rijden zelf van de weg af, het hoge riet in om met de verrekijker rond te zien. Na een goede 30 minuten vinden we ze. De Afrikaanse olifant. Ze zijn samen in een groep van ongeveer 20. En ze staan heel dicht van ons. We doen een kleine fotoshoot en wanneer we willen vertrekken komt er een olifant op ons afgelopen met zijn oren al klapperend. Maar wanneer we achter een boom staan, stopt de olifant met aanvallen. Oef, eventjes benauwd. :p
Daarna zien we nog enkele Velvet aapjes in de bomen en een paar bavianen die langs de weg zitten. Uiteindelijk gaan we naar ‘Hippo beach’ en daar zien we allereerst een krokodil. En als we verder in het water kijken, zien we een tiental nijlpaardenin het water liggen. Natuurlijk zien we er niet veel van, want alleen hun neus, oren en ogen steken boven. Maar hoe mooi is het om deze dieren in hun natuurlijke habitat te zien. Dit is echt niet te vergelijken met een dierentuin. Dit is de dieren hun echt leven.
Dan rijden we weer en tijdens het rijden roep ik opeens om stil te staan. Ik ben er 100% zeker van dat ik een luipaard had zien liggen onder een boom. Maar wanneer we terug rijden, is hij er niet meer. Merde!
Verder zagen we nog Impala’s, Topi’s, wrattenzwijnen, een mangoesten, waterbok en (cyatunga).
Daarna zagen we zebra’s en giraffen. Maar zij waren gelijk maar 20 meter van ons verwijderd.
We reden verder en er was een plas water naast ons en toen we er naast reden, kwam er opeens een nijlpaard uit gelopen. We verschoten eerst maar dan reed de gids er een beetje achter om hem wat op te jutten. Dit was maar voor eventjes, maar heel grappig.
We gingen op de middag gaan picknicken aan het water waar er nog nijlpaarden waren. We zagen er opeens eens bijna naast ons lopen en omdat ze zo gevaarlijk zijn, moesten we de auto tussen ons in houden. Eigenlijk mochten we niet uit de auto op bepaalde plaatsen, maar de gids zei dat het niets was zolang we niet te ver gingen en uitkeken of we niet op slangen trappen.
Heel de rit lang waren de insecten super ambetant. Ze steken overal, het maakt niet uit of ik nu een spray opdoe of niet.
De hele rit was zo’n 8h en tegen 15u waren we thuis. Het was eigenlijk nog cava geld voor het prachtige avontuur dat we hebben beleefd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten